FRANÇAIS - NEDERLANDS<br>

Allee - Allee (Laan)<br>
Allez - Allez (Gaan)
Ambassade - Ambassade
Ambassadeur - Ambassadeur
Aubergine - Aubergine
Bouillon - Bouillon (Soep)
Bureau - Bureau (Buro)
Cabaretier - Cabaretier (Komiek/Komediant)
Cadeau - Cadeau (Kado)
Caissière - Caissiére (Kassier)
Capuchon - Capuchon (Muts)
Chantage - Chantage (Afspersing)
Charmant - Charmant (Aangenaam/Romantisch)
Chauffeur - Chauffeur (Bestuurder)
Conducteur - Conducteur
Coupé - Coupé
Courant - Courant (Krant)
Crèche - Crèche (Kinderopvang)
Dressoir - Dressoir (Kastje)
Douane - Douane
Enfin - Enfin (Uiteindelijk)
Étage - Etage (Verdieping)
Etui - Etui 
Faillite - Faillissement/Failliet (Bankroet)
Fondue au Fromage - Kaasfondue
Frappant - Frappant (Treffend)
Gênant - Gênant 
Horloge - Horloge 
Jus d'Orange - Jus d'Orange (Sinaasappelsap)
Maillot - Maillot (Kousen)
Maréchaussée - Marechaussee (Politiekorps)
Monteur - Monteur
Narcose - Narcose
Omelette - Omelet
Papier-mâché - Papier-mâché
Parapluie - Paraplu
Parasol - Parsol
Parlement - Parlement 
Passant - Passant (Voorbijganger)
Pantalon - Pantalon
Passe-partout - Passe-partout
Peloton - Peloton
Pistolet - Pistolet (Langwerpig brood)
Plafond - Plafond
Portefeuille - Portefeuille (Portemonnee)
Punaise - Punaise (Prikbordspijer)
Rentrée - Rentree (Terugkeer)
Réparateur - Reparateur
Retour - Retour (Terugkeer)
Revenu - Revenu
Rouge - Rouge (Roodkleurig)
Roux - Roux
Salon - Salon
Solitaire - Solitair (Alleen)
Souffleur - Souffleur (Voorzegger)
Superiéur - Superieur (Beter)
Tondeuse - Tondeuse (Scheerapparaat)
Tournoi - Toernooi
Trottoir - Trottoir (Stoep/Voetpad)
Truc - Truc